Het 400 jaar oude medisch receptenboek van Christina Poppinck
Het griepseizoen is in volle gang. Nu de temperatuur daalt, grijpen we massaal naar medicijnen of supplementen. Maar hoe ging dat vroeger eigenlijk?

In Zutphen ligt een bijzonder receptenboek dat laat zien hoe men in de zeventiende eeuw probeerde ziekte en kwalen te bestrijden. Het werd samengesteld door Christina Poppinck, een apothekersdochter uit het Duitse Emmerik.
In 1613 schreef Poppinck het uitgebreide boek om haar recepten te kunnen onthouden. Daarin staan niet alleen middelen tegen alledaagse pijntjes, maar ook remedies voor ernstige ziekten en chronische klachten. Veel recepten voorzag ze van de toevoeging Probatum est, “beproefd en goed bevonden”. Als vrouw van gegoede komaf had zij toegang tot kennis, ingrediënten en contacten die haar in staat stelden het boek samen te stellen. Ze ondertekent het boek met haar handtekening en lijfspreuk: ‘Eer overstijgt rijkdom’.
Opvallend is vooral de variatie in de middelen die ze noteerde. Poppinck werkte veel met planten en kruiden die we vandaag nog altijd gebruiken, zoals venkelzaad, anijs en zoethout. Bijna de helft van de planten die Christina in haar boek gebruikt komt uit Amerika. Die producten waren dus begin zeventiende eeuw al voorhanden in en rond Emmerik.
Tegelijkertijd bevat haar boek recepten die voor moderne lezers vreemd aandoen: het gebruik van een levende mol, een gedroogde pad of zelfs het bloed van een crimineel. Het fraaie manuscript, geschreven in het Duits, belandde uiteindelijk in het archief van Zutphen, waar het tot op de dag van vandaag bewaard wordt en te zien is. In de laatste aflevering van The Dutch Historian Geschiedenis Podcast vertellen we meer over Christina Poppinck.

.png)




.png)

